Poolse varkenshouder overleeft nationale krimp

De landbouwsector ontwikkelt zich in Polen snel, net als andere sectoren. Reden voor Varkensbedrijf om af te reizen naar Mlynkowo, Polen voor een interview met varkenshouder Marcin Klewenhagen. Aan zijn varkensbedrijf is te zien dat de Poolse varkenshouderij, ondanks krimp en de dreiging van Afrikaanse varkenspest, een snelle ontwikkeling doormaakt. Nieuwe stallen worden modern en duurzaam gebouwd.

Het huidige varkensbedrijf van familie Klewenhagen uit het Poolse Mlynkowo, dat ongeveer 180 kilometer van de Duitse grens ligt, werd door de grootvader van Marcin Klewenhagen gesticht na de Tweede Wereldoorlog als gemengd bedrijf. Ook de vader van Marcin liet het een gemengd bedrijf. In 2011 nam Klewenhagen het bedrijf over van zijn ouders en besloot om zich te gaan specialiseren met de varkenshouderijtak van het bedrijf. Het gemengde bedrijf had op dat moment 16,5 hectare grond. Klewenhagen: “Redenen om te specialiseren in de varkenshouderij waren vooral dat je met varkens minder arbeid hebt dan met melkvee en met melkvee moet je veel land hebben.” 

Van gesloten bedrijf naar vleesvarkens

In eerste instantie koos Klewenhagen voor een gesloten varkensbedrijf met vijftien zeugen en driehonderd vleesvarkens. De kruising was Poolse landvarken/Landras x Duroc-beer. Hij werkte met een drie- of vierwekensysteem en eigen fokkerij. Soms kocht hij wel zeugen of beren aan om inteelt te voorkomen. Hij vermarktte zijn vleesvarkens lokaal, maar kreeg geen bijster hoge prijzen voor het vlees. Vandaar dat hij in 2013 besloot om het roer om te gooien en van een gesloten varkensbedrijf naar vleesvarkensbedrijf om te schakelen. Klewenhagen: “Ik was als bedrijf eenvoudigweg te klein voor de markt. En verder, de inrichting van een gesloten bedrijf met zeugen met kraamafdelingen en dekstallen is vele malen duurder dan de inrichting van een vleesvarkensstal.” Dus bouwde hij een splinternieuwe stal voor vierhonderd vleesvarkens en stopte met de zeugen. Daardoor kon hij op dat moment zeshonderd vleesvarkens huisvesten.

In 2015 besloot hij uit te breiden en vroeg een vergunning aan voor een stal voor 1.600 vleesvarkens. Omdat de bouw van de stal door de omgeving niet echt gewaardeerd werd, kon hij deze stal pas vorig jaar bouwen. Daarmee kwam hij op het huidige aantal vleesvarkens van tweeduizend. Hij bouwde de stal enigszins het eigen akkerland in zodat de buren er zo min mogelijk last van hebben. Ook in Polen wordt de wetgeving wat stallenbouw betreft steeds strenger. Klewenhagen: “Ook wij moeten natuurlijk gewoon aan de EU-wetgeving voldoen. Dus we moeten een minimale hoeveelheid lichtinval in de stal hebben, dus voldoende grote ramen. Verder mag er 110 kilogram lichaamsgewicht per 0,65 m² opgezet worden.” In Duitsland heb je dan speciale wetgeving voor wat betreft de draaglast van het dak (de constructie moet erg stevig zijn) vanwege hevige sneeuwval; in Polen heb je die slechts in bepaalde regio’s waar veel sneeuw kan vallen.

Stal zeer goed geïsoleerd

De nieuwe vleesvarkensstal is extreem goed geïsoleerd en er hoeft alleen iets verwarmd te worden bij aanvang van de ronde. Klewenhagen: “En dat werkt. Het was hier deze winter soms min 10 ºC buiten en in de stal is het dan nog zeer behaaglijk met 20 ºC.” Dat komt niet alleen door de geïsoleerde muren en overal dubbel glas. Aan een kant van de stal zit namelijk ook een aparte centrale gang, waardoor je zeer goede isolatie hebt.

Qua voer- en waterlijnen komt alles van het Poolse stalinrichtingsbedrijf Hodowca. Dit bedrijf importeert ook voer- en waterlijnsystemen uit Duitsland. De stal- en ventilatiecomputer is van Falcon Company. De stalventilatie is mechanisch door middel van centraal geregelde inlaatventielen en voor de uitgaande lucht zitten er grote ventilatiekokers in het dak. Klewenhagen stelt zelf alles in zoals de ventilatiecomputer op basis van onder meer de omstandigheden en het weer. Een luchtwasser is in Polen nog niet aan de orde. Wel moet hij er op letten dat het ventilatiesysteem niet te veel lawaai maakt (voor de buurt). 

Tekst en beeld: Dick van Doorn

Dit is een artikel uit vakblad Varkensbedrijf. Meer van dit lezen? Abonneer u dan direct!