Minister Adema van LNV laat op 5 december 2023 in een brief aan de Tweede Kamer weten dat het mestproductieplafond in de komende jaren nog verder verlaagd zal worden. De nationale mestproductie zal in 2025 met maar liefst tien procent verlaagd moeten zijn. Dit heeft grote gevolgen voor de melkvee-, varkens- en pluimveesector.
De nationale mestproductie mag vanaf 2022 niet hoger zijn dan de mestproductie in 2020. In dat jaar bedroeg de productie 489,4 miljoen kilogram stikstof en 150,7 kilogram fosfaat. Om de emissie van stikstof en fosfaat in de toekomst nog meer te verminderen zijn er strengere normen opgesteld waar Nederland aan dient te voldoen per 1 januari 2025: 440,0 miljoen kilogram stikstof en 135,0 miljoen kilogram fosfaat. Dit is een afname van ongeveer tien procent, welke binnen een jaar dient te worden bereikt. De reductie vloeit voort uit de derogatiebeschikking 2022-2025 van de Europese Commissie.
Mestproductieplafond gaat omlaag
Om aan deze eis te kunnen voldoen, dient de maximale mestproductie te worden aangepast in de derogatiebeschikking. Daarom heeft de minister besloten om de nieuwe waarden van stikstof en fosfaat hierin te implementeren. Deze ministeriële regeling gaat in per 1 januari 2024.
Grote gevolgen voor de sectoren
Deze maximale waarden gelden voor de totale mestproductie in Nederland en niet voor de afzonderlijke producties in de melkvee-, varkens- en pluimveesector. Op dit moment is de productie van de veehouderij sectoren duidelijk verhoogd. Daarom is besloten dit nieuwe mestproductieplafond ook meteen te laten gelden voor de individuele sectoren melkvee, varkens en pluimvee.
De minister stelt aanvullende maatregelen op om te voorkomen dat de mestproductie zal gaan toenemen. Allereerst is besloten om geen aanpassingen te doen aan de excretieforfaits. Dit is het aantal te houden stuks melkvee aan de hand van de excretie. Het actualiseren van de excretieforfaits zou ervoor kunnen zorgen dat er juist extra fosfaat wordt geproduceerd en dat wilt de minister voorkomen.
Fosfaatbank niet openstellen
In de eerste instantie leek de mogelijkheid te bestaan om de fosfaatbank open te stellen. Dit houdt in dat fosfaatrechten kunnen worden overgedragen aan (jonge) landbouwers in de sector. Met de huidige fosfaatproductieplafonds had dit gekund. De nieuwe waarden bieden hier echter geen ruimte meer voor. Daarom is besloten om de fosfaatbank voorlopig niet open te stellen.
Deze maatregelen zorgen ervoor dat de mestproductie in de sectoren niet verder zal gaan toenemen, maar zullen niet per definitie zorgen voor een verlaging hiervan. Hiervoor zullen andere richtlijnen worden opgesteld, maar hiervoor gaat de minister nog in gesprek met sectorpartijen. De minister vertelt hierover: “Ik ben mij ervan bewust dat deze maatregelen ingrijpend zijn. Het zijn maatregelen die met name de melkveesector raken, maar wellicht zal dit later ook worden doorgevoerd voor de varkens- en/of pluimveesector.”
Tekst: Kim Sjoers