Het collectief van landbouwpartijen heeft woensdagmiddag in Den Haag zelf een pakket met maatregelen aan landbouwminister Carola Schouten overhandigd om de stikstofimpasse te doorbreken. Voor de varkenshouderij wordt gedacht aan het verlagen van eiwit in het voer, het toevoegen van benzoëzuur en het snel verwijderen van mest uit de stal.
Voorzitter Aalt Dijkhuizen presenteerde het rapport ‘Uit de gecreëerde stikstofimpasse’. De landbouwpartijen stellen daarin verschillende maatregelen voor om de stikstofdepositie te verlagen. Vanuit de overheid wordt verwacht dat er boter bij de vis gedaan wordt. “Met een ontwikkelings- en investeringsfond met middelen buiten de LNV-budgeten om”, stelt hij voor. “De primaire sector wil een doorslaggevende rol spelen. Van belang is wel dat dossiers worden gebundeld. De sector wil voor langere periode af zijn van steeds weer nieuwe regels en wil opnieuw toekomstperspectief hebben.”
Vijf maatregelen voor varkenshouderij
Voor de varkenshouderij beoogt het landbouwcollectief vijf maatregelen. Allereerst wordt er effect verwacht van de regeling Sanering Varkenshouderij die op heel korte termijn open gaat. Inschrijving moet plaatsvinden vóór 15 januari 2020. De tweede maatregelen is het verlagen van het eiwitgehalte in het voer voor de zeugenhouderij en vleesvarkens. Daarnaast wordt in die hoek ook een reductie van stikstof verwacht door het toevoegen van benzoëzuur.
In de stal liggen ook de nodige verbeterpunten. Dan wordt gedacht aan snel verwijderen van mest uit de stal en het verkleinen van het emitterend oppervlak. Ook oplossingen als mestkoeling, beluchten van mest en het realiseren van schone vloeren kunnen voor verbetering zorgen. Daarnaast wordt er nog gedacht aan het emissiearm toedienen van varkensmest op het land, maar gedacht wordt dat daar weinig winst te behalen valt.
Meer onderzoek nodig
De landbouwpartijen stellen voor om ook een aantal zaken verder te onderzoeken. Dan gaat het om toevoegingsmiddelen voor voeding waarmee stikstofbenutting bij dieren verbetert, het aanzuren in de stal met zwavelzuur, het effect van ureaseremmers, nieuwe stalsystemen, aanzuren met zwavelzuur bij uitrijden van mest, toevoegingsmiddelen voor in de mestput, verruiming van de mestnormen en of extensievere bedrijfsvormen voordelen biedt.
Tegenover het maatregelenpakket stelt de landbouw wel een tiental voorwaarden. Aalt Dijkhuizen: “Geen generieke krimp. Geen inname van vergunde rechten. Geen gratis afroming van ammoniakrechten. Geen koppeling van ammoniak aan fosfaat- en dierrechten. Een ‘schot’ tussen de landbouw en andere sectoren om te voorkomen dat vanwege de stikstofproblematiek productiecapaciteit wegvloeit. Geen verschil in stikstofregels tussen Rijk en Provincies of tussen provincies onderling. Uitbreiding van het stikstof meet- en –monitoringsnetwerk. Invoering van een drempelwaarde voor stikstofdepositie van tenminste 1 mol per hectare. Herijking Natura2000 en geen opwaardering van habitat-types. Tot slot moet het ctgb-advies voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen bindend zijn en niet politiek onderhandelbaar.”
"Ondanks dat wij niet het probleem zijn, willen we wel meewerken aan oplossingen."
Voorzitter Linda Janssen van de Producenten Organisatie Varkenshouderij stelt dat stikstofproblemen niet door de landbouw worden gebagatelliseerd. “Wij vinden natuur heel belangrijk en dat is ook de belangrijkste reden dat wij met dit rapport komen. Alleen vinden wij het als landbouw onterecht als wij worden afgerekend op aannames en berekeningen. Of stikstof of ammoniak in de landbouw impact hebben op de natuur is nog maar de vraag. Niemand weet precies was die invloed is. Wij willen laten zien dat we, ondanks dat wij niet het probleem zijn, we wel willen meewerken aan oplossingen. Met elkaar moeten we nu de tijd nemen om gedragen maatregelen te nemen.”
"De bal ligt nu bij mij, maar dit is een mooi begin van het vervolg.”
Landbouwminister Carola Schouten nam het rapport in ontvangst. “Eerder had ik al aangegeven alle denkkracht nodig te hebben om tot een oplossing te komen voor het stikstofprobleem, maar ook om tegelijk toekomst te geven aan de sector. Het is het collectief binnen de landbouw ongelooflijk snel gelukt. De bal ligt nu bij mij, maar dit is een mooi begin van het vervolg.” Voorzitter Peter Drenth van het Inter Provinciaal Overleg (IPO) was de tweede vertegenwoordiger aan wie het rapport is overhandigd. “Het is knap dat zo snel een voorzet en voorstel wordt aangedragen. Dit is een uitgestoken hand die wij als provincies moeten aangrijpen. De trekker is immers niet bedoeld om te protesteren, maar om producten te leveren.”
Tekst en foto: Martin de Vries