De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft een lijst met voorwaarden opgesteld over de minimumeisen ten aanzien van de werkomstandigheden voor een klepkeuring. Alle bedrijven die een verzoek doen tot klepkeuring moeten per 1 januari 2016 aan deze voorwaarden voldoen.
Tijdens het eerstkomende sectoroverleg zullen de ervaringen met de nieuwe voorwaarden worden besproken. Hieronder vindt u een overzicht van de minimale voorwaarden van de werkomstandigheden bij een klepkeuring.
Keurplek:
– voldoet aan de geldende arbo-regelgeving
– heeft een schone, verharde en niet gladde ondergrond
– is beschut tegen extreme weersomstandigheden
– is voldoende verlicht
De bedrijfsverantwoordelijke is aanwezig op de keurplek.
Er is een zogenaamde “om-niet werkplek” beschikbaar waar de administratieve afhandeling kan worden uitgevoerd.
Deze werkplek is:
– schoon
– voorzien van stoel en tafel
– voldoende verlicht
De certificerend ambtenaar (CA) moet gedurende de langdurende klepkeuringen (>2 uur) gebruik kunnen maken van een (bedrijfs-)toilet.
Dit toilet is:
– schoon
– voorzien van voldoende toiletpapier
– voldoende verlicht
– voorzien van handenwasgelegenheid met zeep en (papieren) handdoek (deze voorziening mag ook zich ook in de directe nabijheid bevinden).
Mocht de werkplek niet aan één of meerdere van de bovengenoemde voorwaarden voldoen, dan kan de CA besluiten de werkzaamheden te beëindigen.