De consumentenprijsindex eindigde in december 2018 op 104. De stijging van 1% ten opzichte van oktober is volgens de verwachting voor het seizoen. De consumentenprijsindex ligt 1% lager dan vorig jaar. De prijsindexen voor de industrie en af boerderij eindigden het jaar 2018 op respectievelijk 110 en 105 punten; beide bijna 3% lager dan vorig jaar. Een opleving van de industrieprijs en de prijs af boerderij ligt in de lijn der verwachting door betere afzetmogelijkheden en een iets kleiner aanbod op de Europese markt. De consumentenprijs zal eerder een daling laten zien, zowel als gevolg van de eerder dalende trend van de industrieprijs als vanwege het seizoenspatroon.
Prijsontwikkeling
De consumentenprijs vertoonde tegen het eind van 2018 een stijging, die geheel in lijn ligt met het seizoenspatroon. De index van de consumentenprijzen eindigde op 104 punten; dat is 1% hoger dan in oktober. Hoewel de prijzen 1% lager zijn dan vorig jaar in december, lag het gemiddelde in 2018 op bijna 103 punten, evenals in 2017. In de voorgaande jaren lag de index duidelijk lager, rond 100 punten. Tegen het eind van het jaar stijgt de prijs van varkensvlees in de winkel, omdat consumenten tijdens de feestdagen luxer willen eten. Het is een klein effect: de consumentenprijzen liggen in december 0,6% hoger dan gemiddeld, maar zakken in januari met bijna 1% en vertoont dan vanaf het voorjaar weer een stijgende lijn.
De industrie prijs en af boerderijprijs vertonen grotere schommelingen, met verschillen in de hoogste en laagste jaargemiddelden van 30% bij de af-boerderijprijs en 20% bij de industrieprijs. In de periode mei 2016-eind 2017 waren er zeer goede opbrengstprijzen. Sinds die tijd staan de prijzen onder druk, door een toegenomen productie binnen de EU en tegenvallende afzet naar derde landen. De PPI stond in december 2018 op 110 punten, tegen 113 punten een jaar eerder en de af-boerderijprijs stond op 105 punten, tegen 108 punten in december 2017. Verwacht mag worden dat de af-boerderijprijs en de industrieprijs de komende maanden zullen aantrekken, omdat afzetmogelijkheden op de wereldmarkt vrij gunstig zijn. Onder andere heeft de Chinese varkensproductie te kampen met een uitbraak van Afrikaanse varkenspest. Als deze ziekte nog verder om zich heen grijpt, is het denkbaar dat China varkensvlees vanuit de hele wereld wil gaan importeren om in de binnenlandse vraag te voorzien. Dit kan een sterke impuls geven aan de industrie- en af-boerderijprijs. Gezien het feit dat de industrieprijs en de af-boerderijprijs voor varkens-/varkensvlees in 2018 sterk onder druk stonden, is een daling in de consumentenprijs te verwachten. Ook vanwege het seizoensmatige patroon met iets lagere prijzen in het voorjaar.
Achtergrond keten en prijsvorming
Keten
Het varkensvlees wordt in de supermarkt of bij de slager gekocht. Supermarkten en slagers kopen varkensvlees van de vleesindustrie. Die bestaat uit slachterijen en vleesverwerkers. Slachterijen kopen vleesvarkens van veehouders rechtstreeks of via veehandelaren. Veehouders produceren vleesvarkens in gespecialiseerde bedrijven of gesloten bedrijven. Zeugenbedrijven zijn belangrijke toeleveranciers van biggen voor de gespecialiseerde bedrijven. De gesloten bedrijven produceren de eigen biggen.
Toelichting op drie niveaus
Circa 60% van het varkensvlees en 80% van de vleeswaren wordt in de supermarkt gekocht. Daarnaast loopt ongeveer 35% van het varkensvlees via de buitenhuishoudelijke markt (horeca, ziekenhuizen enzovoort). Consumenten kopen meer varkensvlees in januari, vaak aangemoedigd door reclameacties. Verder wordt meer vlees gekocht in het barbecueseizoen en is er een piek in december. Supermarkten kopen varkensvlees hoofdzakelijk van de Nederlandse vleesindustrie, zeker sinds alle retailers hebben toegezegd om per 2015 voor vers varkensvlees mee te doen met het programma Varkensvlees van morgen, dat van Nederlandse bodem is. Voor een deel wordt dat vlees echter betrokken van Duitse slachterijen die Nederlandse varkens slachten. De verwerking van varkensvlees is voor een belangrijk deel gekoppeld aan de slachterijen. De grootste vier slachterijen hebben een aandeel van circa 90%. Er zijn in 2018 in Nederland 15,7 miljoen varkens geslacht. De vleesindustrie slacht en verwerkt de dieren tot vers vlees en vleeswaren, die voor een groot deel worden geëxporteerd. Voor de productie wordt ook varkensvlees geïmporteerd. De zelfvoorzieningsgraad van de Nederlandse varkensvleesketen bedraagt circa 330%. De in totaal circa 3.400 bedrijven met vleesvarkens produceren 18 miljoen vleesvarkens. Hiervan worden ongeveer 2 mln. dieren geëxporteerd. Daarnaast worden bijna 7 miljoen biggen over de grens verkocht.
Prijsvorming
De prijsontwikkeling van het pakket varkensvlees dat de consument in de supermarkt koopt, is opvallend vlak, zij het dat de gemiddelde prijs in december iets hoger ligt. De retail heeft een eigen prijsbeleid, dat beperkt beïnvloed wordt door de inkoopprijs. Het prijsniveau bij concurrenten, promotieacties en de rol van vlees in het totale productassortiment van supermarkten spelen ook een rol. Prijsbewegingen van industrie (producentenprijs) en boeren (af boerderij) vertonen daarom nauwelijks samenhang met de consumentenprijs. Voor de handel tussen de slachterijen en supermarkten worden jaarcontracten gebruikt. Daarbinnen vindt per vier weken overleg plaats over reclameacties. Afhankelijk van onder andere het weer vinden dagelijks correcties plaats op de bestelde volumes. Slachterijen geven de prijsbewegingen op hun afzetmarkt door aan de varkenshouders. De markten voor varkens en varkensvlees in Noordwest-Europa zijn nauw met elkaar verweven. De prijsvorming is vrij. Door de seizoenseffecten in de afzet op detailhandelsniveau schommelen ook de wekelijkse slachterij- en handelsnoteringen of opbrengsten van vleesvarkens. De EU heeft de laatste jaren een flink gestegen zelfvoorziening in varkensvlees (tot circa 119% in 2017), wat betekent dat de prijsvorming in toenemende mate invloed ondervindt van de prijzen in derde markten buiten Europa.
Prijsindices
De consumentenprijsindex (CPI) is gebaseerd op varkensvlees bij supermarkten en slagers. De producentenprijsindex (PPI) is gebaseerd op de opbrengstprijzen van producenten van vers of gekoeld varkensvlees. De af-boerderijprijs is gebaseerd op de wekelijkse noteringen voor slachtvarkens. De indices zijn herzien, waarbij het jaar 2015 op 100% is gezet.
Bron: Agrimatie