De speenperiode is traditioneel een stressvolle periode voor biggen. Naast problemen als diarree en gewichtsverlies, worden de dieren ook geconfronteerd met beschadigend gedrag, zoals staartbijten. Bas Kemp van Wageningen University en Research verdiepte zich in deze materie en presenteerde onlangs zijn bevindingen.
Uit onderzoek blijkt dat biggen die meer eten tijdens de lactatie, ook na het spenen meer voer opnemen. Ze hebben daarom een vlottere speenperiode. Uit verschillende studies weet men echter dat 12 tot 66 procent van de biggen niet eet tijdens de lactatie. De centrale vraag is dan ook hoe je biggen vroeger kan doen eten.
Volgens Kemp kan men biggen op twee manieren stimuleren om op jongere leeftijd al vast voedsel op te nemen, namelijk via de zeug en via de omgeving. Ten eerste helpt het als biggen de zeug zien eten en ook kunnen mee-eten op dezelfde voerplek als de zeug. Verder kiezen biggen voer met dezelfde aroma’s als dat van de zeug. In de omgeving kan daarnaast verrijkingsmateriaal aangebracht worden. Dat zorgt ervoor dat de dieren hun natuurlijke foerageer- en exploratiegedrag kunnen ontwikkelen. Andere voordelen van de aanwezigheid van stro, hooi, een juten zak of voer in het hok zijn een verminderde agressie, een hogere weerstand tegen ziekten en een verbeterde groei. Ten slotte concludeerde Kemp uit zijn praktijkonderzoeken dat kleine biggen het liefst grote brokken eten en dat variatie in het voer zorgt voor een verhoogde voederopname.
Wilt u meer van dit soort artikelen lezen? Profiteer dan nu van onze speciale actie »