In biologische luchtwassers wordt ammoniak door bacteriën omgezet zodat het makkelijk afgevoerd kan worden met spuiwater. Voor een goede werking moet de pH in het waswater tussen de 6,5 en 7,5 liggen.
Om emissie van ammoniak in de intensieve veehouderij te beperken kun je gebruik maken van luchtwassers met een biologisch systeem. In dat systeem wordt ammoniak (NH3) door bacteriën omgezet in nitriet (NO2-) en nitraat (NO3-). Tijdens dat proces wordt ook de pH verlaagd. Die pH-verlaging zorgt ervoor dat ammoniak (NH3) ook kan worden omgezet in ammonium NH4+ dat dan in de vorm van NH4NO2 (ammoniumnitriet) en NH4NO3 (ammoniumnitraat) met het spuiwater kan worden afgevoerd.
Ammoniakverwijdering
Bekend is dat voor een goede ammoniakverwijdering de pH in het waswater tussen de 6,5 en 7,5 moet liggen. Maar uit onderzoek blijkt dat bij sommige biologische luchtwassers de pH lager is dan die 6,5. Er worden zelfs waarden lager dan 4 gemeten. De vraag is wat dit voor gevolgen heeft voor de effectiviteit van de biologische luchtwassers.
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft daarom aan Wageningen Livestock Research gevraagd een onderzoek uit te voeren naar de emissie van stikstofverbindingen uit luchtwassers met een biologische behandelingsstap. Klopt het dat er hoge emissies van stikstofverbindingen op kunnen treden?
Emissie
Uit het rapport 'Emissie van stikstofverbindingen uit luchtwassers met biologische wasstap' blijkt dat bij biowassers met een pH hoger dan 7,5 inderdaad een hogere emissie van ammoniak (NH3) werd gevonden. En bij biowassers met een pH lager dan 6,5 werd zoals verwacht een hogere emissie van gasvormige stikstofoxiden (NOy) gevonden.
De onderzoekers schrijven dat het daarom belangrijk is de pH van een biowasser in de normale bedrijfsrange van 6,5 – 7,5 te houden. Je kunt die pH registreren, maar registratie alleen is niet voldoende. Veehouders en toezichthouders moeten er ook op toezien dat de pH zich ook in de juiste range bevindt. Zo nodig moeten ze actie ondernemen.
Bron: GroenKennisnet