De POV en pluimveeorganisatie NVP verzetten zich tegen het opnemen van een generieke korting in de Meststoffenwet, bij overschrijding van productieplafonds. Advocaat Ester Wijnne van Benthem Gratama Advocaten heeft hierover namens de POV en NVP een brief gestuurd naar LNV-minister Schouten.
De POV vindt het geen goed idee om de sectorale productieplafonds en de generieke korting standaard in de wet op te nemen. De Europese regelgeving vraagt daar niet om, het is ook niet nodig in het kader van de Nitraatrichtlijn waar naar verwezen wordt.
Het opnemen van de fosfaatplafonds en de generieke korting lijken vooral een krimp van de veestapel tot doel te hebben, terwijl de plafonds daar niet voor bedoeld zijn. Via het stelsel van de dierrechten is er bovendien al een slot op de deur waarbij overschrijding van plafonds voorkomen en gereguleerd kan worden.
Extra slot op deur overbodig
Een generieke korting treft alle veehouders, terwijl in de varkens- en kippenhouderij een overschrijding van het plafond alleen kan bestaan doordat veehouders meer dieren houden dan waar rechten voor zijn. Indien dit het geval is, kan het niet zo zijn dat een hele sector daarvoor gestraft wordt.
Daarnaast wordt het sectorplafond ingezet om de doelen in de Nitraatrichtlijn te halen: de productie van fosfaat heeft echter niet één op één een relatie met de waterkwaliteit: een groot deel van de fosfaatproductie komt namelijk niet op Nederlandse bodem. In de brief roepen beide organisaties daarom (wederom) op om fosfaat dat verbrand wordt of naar het buitenland gaat, niet mee te tellen.
Drie moties ingediend
Kamerleden Jaco Geurts (CDA) en Roelof Bisschops (SGP) hebben tijdens het debat over deze wetswijziging van 2 december 2019 drie moties ingediend, die verhinderen dat de sectorplafonds en de generieke korting te pas en onpas worden ingezet om de veestapel te verkleinen. Zo mag de korting alleen worden ingezet als een verlaging van de productie niet op een andere, minder ingrijpende manier, bereikt kan worden. Er mag niet meer gekrompen worden dan de overschrijding van het plafond en bij een overschrijding van een sectorplafond moet altijd bekeken worden of hiermee ook het nationale plafond wordt overschreden. Alleen het nationale plafond is immers van belang voor de Europese wetgeving.
In de moties is ook opgenomen dat gekeken wordt naar een reële financiële vergoeding bij opleggen van een generieke korting. De wetswijziging is op 3 december 2019 aangenomen inclusief de bovengenoemde moties.
Bron: LTO Noord