Onderzoekers van de UAntwerpen, UGent en van het bedrijf SEMiLLA IPStar hebben een manier gevonden om purperbacteriën te produceren op het afvalwater van een trappistenbrouwerij. Die bacteriën kunnen dienen als duurzame eiwitbron voor veeteelt en aquacultuur. Een pilootinstallatie werd opgezet in de Nederlandse brouwerij waar La Trappe gebrouwen wordt. Daarmee wordt een nieuwe stap gezet in de zoektocht naar alternatieve eiwitbronnen.
Enorme eiwitbehoefte grote druk op milieu
Eiwitten zijn een essentieel onderdeel van alle voeder dat in veeteelt en aquacultuur gebruikt wordt. Om aan die eiwitbehoefte te voldoen, worden enorme hoeveelheden vis- en sojameel geproduceerd. “Deze eiwitbronnen zorgen echter voor een grote druk op het milieu”, zegt Siegfried Vlaeminck, professor Milieutechnologie (Departement Bio-ingenieurswetenschappen, UAntwerpen). “Het Amazonewoud wordt massaal gekapt om landbouwgrond vrij te maken voor de productie van gewassen zoals soja.” Ook de winning van vismeel zet druk op de natuurlijke visreserves.
Bacteriën als alternatief voor eiwitten
Daarom wordt naar microben gekeken als alternatieve bron van eiwitten wegens hun hoge groeisnelheid, hoog eiwitaandeel en laag waterverbruik. Die kunnen gewonnen worden uit afvalwater, dat vol nuttige bouwstoffen zit.
Dergelijke initiatieven zijn cruciaal om de overstap te maken naar een circulaire economie
Rob Suters – SEMiLLA IPStar
Pilootproject bij brouwerij La Trappe
UAntwerpen heeft nu samen met het bedrijf SEMiLLA IPStar een pilootinstallatie lopen om purperbacteriën te produceren op het afvalwater van brouwerij De Koningshoeven in de Nederlandse provincie Noord-Brabant, waar de trappist van La Trappe gebrouwen wordt. “In een 100 liter reactor behalen we een eiwitproductiviteit van 120 ton per hectare per jaar. Dat is heel efficiënt ten opzichte van sojakweek, die slechts 1,5 ton per hectare per jaar haalt”, zegt doctoraal onderzoeker Abbas Alloul. Volgens Rob Suters van SEMiLLA IPStar “zijn dergelijke initiatieven cruciaal om de overstap te maken naar een circulaire economie.”
Test bacteriën met garnalenvoer
Een onderzoek van de UGent en de UAntwerpen toonde al aan dat de geproduceerde microbiële eiwitten een goede vervanging vormen voor soja- en vismeel in garnalenvoer. “Uit onze testen met purperbacteriën blijkt dat garnalen sneller groeiden met microbieel eiwit ten opzichte van het standaardvoer”, zegt Alloul.
Productiekost eiwitten
Volgens de onderzoekers zijn een aantal bedrijven al begonnen met commerciële productie. “De productiekost is vaak een doorslaggevende factor voor het finaal gebruik in diervoeder, maar dat is zeker niet onoverkomelijk en vraagt meer onderzoek”, aldus Siegfried Vlaeminck van UAntwerpen.
Bron: VILT