De Nederlandse varkensvleesindustrie exporteert in 2018 voor ruim 1,8 miljard euro aan varkensvlees. Volgens de ramingen gaat hiervan 14% (252 miljoen euro) naar Duitsland en 58% (1 miljard euro) naar de overige EU-landen.
Daarnaast gaat ruim een kwart van de exportwaarde naar bestemmingen buiten de EU. Tegenover deze export staat een import van 477 miljoen euro, waarvan 60% (285 miljoen euro) uit Duitsland.
Duitsland is daarmee voor Nederland het belangrijkste handelsland van varkensvlees, resulterend in een nettohandelsbalans van -33 miljoen euro. Duitsland is voor Nederland ook een belangrijke bestemming van levende varkens (biggen en slachtvarkens), waarvan de waarde in 2017 circa 800 miljoen euro bedroeg (CBS). In 2018 zal de waarde van de export van levende dieren naar Duitsland lager zijn door gedaalde marktprijzen en minder uitgevoerde vleesvarkens.
Het ingevoerde varkensvlees bestaat voor een groot deel uit Nederlandse varkens die eerst levend zijn vervoerd naar en vervolgens zijn verwerkt in Duitse slachterijen. Daaronder bevinden zich ook varkens die volgens het Nederlandse kwaliteitsprogramma ‘Varkens van Morgen’ en het Beter Leven keurmerk zijn geproduceerd en naar de Nederlandse supermarkten gaan. Dat deze varkens in Duitsland geslacht en verwerkt worden, hangt samen met de nabijheid (meerdere slachthuizen op vergelijkbare reisafstand als binnen Nederland) en de hoge efficiëntie van sommige Duitse slachthuizen, die daardoor concurrerende inkoopprijzen voor vleesvarkens kunnen betalen.
Exportwaarde varkensvlees stagneert
De totale exportwaarde van varkensvlees vanuit Nederland stagneert, na jarenlange stijgingen. De exportwaarde is gestegen van circa 1,5 miljard euro in 2010 tot ruim 30% hoger: 1,9 miljard euro in 2017. Maar in 2018 daalt de exportwaarde door lagere prijzen van vleesvarkens en vooral biggen.
De afzet naar niet-Europese bestemmingen is tussen 2010 en 2016 aanzienlijk gestegen, van 196 miljoen euro tot 585 miljoen euro in 2016, vooral door de sterke toename van de afzet naar China. In 2017 is die afzet naar niet-Europese bestemmingen echter met 18% gedaald, naar 482 miljoen euro, vooral door de teruglopende afzet naar China en Japan. Voor 2018 wordt de totale afzet naar niet-Europese bestemmingen iets hoger geraamd, op 514 miljoen euro. De export naar China is opnieuw lager, maar dat wordt gecompenseerd door de hogere afzet naar andere Aziatische bestemmingen, zoals Japan en Zuid-Korea.
De afzet van varkensvlees naar niet-Europese bestemmingen groeit, terwijl de afzet naar EU-landen 9% lager is dan in 2017. Vooral de export naar Italië, het Verenigd Koninkrijk en Griekenland is lager geraamd dan in 2017. De exportwaarde naar Duitsland daalt iets minder (5%), naar 252 miljoen euro in 2018. Die waarde ligt iets boven het meerjarig gemiddelde van 2010-2017.
De export van levende vleesvarkens is afgenomen. Daar staat tegenover dat het aantal binnenlandse slachtingen is toegenomen. De binnenlandse slachtcapaciteit is voldoende om meer vleesvarkens te verwerken. Bovendien liggen de uitbetaalde prijzen voor slachtvarkens in Nederland en Duitsland dichter bij elkaar dan tot enkele jaren geleden, waardoor het minder aantrekkelijk is om varkens naar Duitsland uit te voeren.
Uitvoerwaarde naar Duitsland in 2018 iets lager
Italië is in waarde gemeten de grootste afnemer van varkensvlees uit Nederland, gevolgd door Duitsland en Griekenland (figuur 3.27). De totale afzet van varkensvlees naar Duitsland in 2018 is geraamd op 252 miljoen euro; 5% minder dan in 2017. China is twee plaatsen teruggevallen, van de vierde naar de zesde exportbestemming in 2018, doordat de exportwaarde 30% is gedaald. De totale exportwaarde naar de vijf grootste afzetlanden bedraagt bijna 1 miljard euro, oftewel 53% van de totale exportwaarde vanuit Nederland.
Nederland is een handelsland met veel uitvoer, maar ook invoer van varkensvlees. Een deel van de export is zogenaamde wederuitvoer: 8% van de export heeft betrekking op geïmporteerd varkensvlees dat na eventuele bewerking weer wordt geëxporteerd. Verreweg het grootste deel (92%) van de totale uitvoer betreft in Nederland geproduceerd varkensvlees. Voor de export naar Duitsland geldt een vergelijkbaar hoog percentage.
Importaandeel op Duitse markt in 2018 gestegen
Duitsland importeerde in 2018 naar schatting voor 1,4 miljard euro aan varkensvlees. De belangrijkste leveranciers zijn Denemarken en België, op ruime afstand gevolgd door Nederland met een totale waarde van 229 miljoen euro. Nederland heeft daarmee een importaandeel in de totale varkensvleesimport in Duitsland van 16%. Dat is net iets hoger dan in 2017, en hoger dan in de meeste voorgaande jaren. Het importaandeel van met name Denemarken op de Duitse markt is wel iets gestegen.
Bron: Agrimatie, 18-01-2019