Wageningen Economic Research heeft samen met DLV Advies op verzoek van het ministerie van LNV een analyse gedaan van de mogelijke belangstelling van varkenshouders voor de Saneringsregeling varkenshouderij (SRV). Hiertoe hebben zij diverse scenario's doorgerekend met verschillende niveaus van vergoedingen voor stallen en rechten.
Kamerbrief LNV: stoppen of innoveren
Minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wil de varkenshouderij duurzamer maken en gezondheids- en leefomgevingsrisico's in gebieden met een hoge veedichtheid verminderen. Varkenshouderijen die geuroverlast voor omwonenden veroorzaken en die willen stoppen kunnen in aanmerking komen voor subsidie. Veehouders die juist toekomstgericht willen innoveren worden geholpen dat op een duurzame manier te doen. Om de sanering te realiseren is samen met gemeenten, provincies en de sector een conceptregeling opgesteld waarin subsidiemogelijkheden worden geboden aan varkenshouders die stoppen met hun bedrijf. Dat schrijft Minister Schouten vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. Voor de Saneringsregeling varkenshouderij (SRV) is een bedrag van € 120 miljoen gereserveerd.
Vaststelling van de vergoeding
Voor het vaststellen van de hoogte van het subsidiepercentage is gezocht naar een juiste balans tussen doeltreffendheid en doelmatigheid. Hiertoe heeft Wageningen Economic Research (WUR) op verzoek van het ministerie van LNV een aantal scenario's doorgerekend, gebruikmakend van de gegevens over praktijkbedrijven uit het Bedrijveninformatienet (BIN).
In die scenario's is per bedrijf in het BIN onderzocht hoe hoog de totale vergoeding moet zijn om met een acceptabele restschuld te kunnen stoppen. Hierbij is onder andere rekening gehouden met de diercategorieën, de leeftijd van stallen, bedrijfsomvang en regio. Scenario's met verschillend percentage vergoeding van het waardeverlies van de stallen geven inzicht in de aantrekkelijkheid van de regeling voor bedrijven. Uiteindelijk heeft het ministerie van LNV in het Hoofdlijnenakkoord een afspraak gemaakt over de uitgangspunten van de vergoeding van varkensstallen.
Waarde varkensrecht fluctueert sterk
Wageningen Economic Research heeft een inschatting gemaakt van het mogelijke verloop van de prijs van varkenseenheden in de jaren 2019-2021. Daarbij is rekening gehouden met verschillende ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op vraag en aanbod van varkenseenheden en daarmee op de prijsvorming van varkensrechten in de markt. Er is in de analyse (eind 2018) geen rekening gehouden met de actuele marktontwikkelingen in de wereldwijde varkensmarkt. Geconcludeerd kan worden dat de waarde van een varkensrecht sterk kan fluctueren in de tijd, onder invloed van een veelheid aan factoren. Tegen deze achtergrond is in de regeling gekozen voor een vergoeding voor varkensrechten die door de minister wordt gebaseerd op de actuele marktwaarde kort voor openstelling van de regeling.
Ontwikkeling varkenshouderij
De Nederlandse varkenshouderij bestaat in 2018 uit 4.135 bedrijven, die samen 12,4 miljoen varkens houden, waarvan 5,7 miljoen biggen, 5,6 miljoen vleesvarkens en 920 duizend zeugen. Van deze bedrijven zijn er 3.400 die vleesvarkens hebben. Een deel van de bedrijven in Nederland houdt zowel zeugen als vleesvarkens. Het aantal varkensbedrijven neemt geleidelijk af. Het totale aantal gehouden varkens blijft echter gelijk en de bedrijven worden gemiddeld groter.
De varkenshouderij staat economisch en maatschappelijk onder druk. De marktprijzen schommelen sterk, maar leiden gemiddeld tot matige inkomens. 2019 lijkt voor de varkenshouderij economisch weer een positief jaar te worden, door minder aanbod en hogere marktprijzen als gevolg van Afrikaanse varkenspest in onder andere China. De maatschappelijke druk op de sector neemt toe, met name vanwege geuroverlast en zorgen om dierenwelzijn en mogelijke gezondheidsrisico's voor omwonenden van varkensbedrijven, ondanks grote inspanningen van de sector.
Bron: WUR